Reorganisatie Q&A

Q&A UWV procedure

1. Welke informatie is nodig voor het invullen van formulier A van het UWV?

Met dit formulier worden de gegevens van de werkgever ingevuld zoals naam, adres, contactpersoon en tevens het BSN van de werknemers voor wie de ontslagaanvraag wordt gedaan.

Parker tip: bereid een procedure bij het UWV goed voor. Ga op de website van het UWV na welke informatie nodig is (www.uwv.nl)

2. Welke informatie is nodig voor het invullen van formulier B van het UWV?

Met dit formulier geeft u de gegevens aan van de werknemer voor wie u de ontslagvergunning aanvraagt.

Parker tip: bereid een procedure bij het UWV goed voor. Ga op de website van het UWV na welke informatie nodig is (www.uwv.nl)

3. Welke informatie is nodig voor het invullen van formulier C van het UWV?

Met dit formulier onderbouwt u in feite de ontslagaanvraag. U selecteert de subcategorie van het bedrijfseconomisch ontslag (zoals een verslechterde financiële positie, werkvermindering, bedrijfssluiting, organisatorisch en/of technologische motief) en u licht de achtergrond en de reden ervan toe. Daarnaast zet u bijvoorbeeld uiteen welke alternatieve maatregelen er eventueel zijn onderzocht en/of getroffen ter voorkoming van gedwongen ontslagen. U maakt onder meer inzichtelijk op welke wijze er is afgespiegeld en welke ontslagvolgorde is gehanteerd en wat u heeft gedaan aan herplaatsing van de boventallige medewerkers. U informeert het UWV bijvoorbeeld ook over de vraag of de ondernemingsraad is betrokken bij de reorganisatieplannen.

Parker tip: bereid een procedure bij het UWV goed voor. Ga op de website van het UWV na welke informatie nodig is (www.uwv.nl)

4. Wanneer dien ik een ontslagaanvraag in?

U dient een ontslagaanvraag in als bedrijfseconomische omstandigheden leiden tot het structureel vervallen van arbeidsplaatsen in uw onderneming. Dit doet u met behulp van de verplichte formulieren A, B en C van het UWV. Er is geen wettelijke termijn waarbinnen een ontslagaanvraag moet worden ingediend. Wel wordt het moment van indiening in de regel aangemerkt als de zogenoemde ‘peildatum‘. Die datum is relevant voor de afspiegeling en ontslagvolgorde. Uiteraard is het ook mogelijk om met wederzijds goedvinden afscheid te nemen van de werknemer; in dat geval hoeft de UWV procedure niet te worden doorlopen.

Parker tip: bereid de formulieren A, B en C goed voor en anticipeer bij toepassing van het afspiegelingsbeginsel en de ontslagvolgorde op de datum waarop u verwacht de ontslagaanvraag in te dienen. Die datum geldt namelijk in principe als peildatum voor de afspiegeling en de ontslagvolgorde. Onder bepaalde voorwaarden kunt voor een andere peildatum kiezen.

5. Waar dien ik een ontslagaanvraag in?

U dient de ontslagaanvraag in bij de afdeling Arbeidsjuridische dienstverlening (AJD) van het UWV Werkbedrijf binnen de regio waar de werknemer zijn werkzaamheden verricht. Op www.uwv.nl kunt u de indeling van de regio’s vinden.

6. Hoe beoordeelt het UWV de reden van een reorganisatie?

Het UWV toetst de reden van een reorganisatie met enige terughoudendheid. U heeft als ondernemer immers een bepaalde vrijheid om uw organisatie (her) in te richten zoals u wilt. Wel moet u – kort gezegd – aannemelijk kunnen maken dat de reorganisatie, als gevolg waarvan er structureel arbeidsplaatsen vervallen, noodzakelijk is voor een doelmatige bedrijfsvoering. Naast de redenen voor een reorganisatie beoordeelt het UWV of het afspiegelingsbeginsel op juiste wijze is toegepast en gaat het UWV na of er herplaatsingsmogelijkheden zijn voor de werknemers in kwestie, een en ander binnen een redelijke termijn (al dan niet met scholing). Hierbij betrekt het UWV ook mogelijke passende functies binnen het concern, als dat aan de orde is.

7. Wat doe ik als ik het niet eens ben met de beslissing van het UWV op mijn ontslagaanvraag?

U dient dan binnen 2 maanden na de beslissing van het UWV een procedure te starten bij de kantonrechter. Ook de werknemer kan zich tot de kantonrechter wenden als hij het niet eens is met de beslissing van het UWV. Daarvoor heeft de werknemer tot 2 maanden na het einde van zijn dienstverband de tijd.