Nieuws

Update medezeggenschap

24 november 2020 – Barbara Spliet

Het zijn drukke tijden voor bestuurders en de medezeggenschapsorganen; wijzigingen van arbeidsvoorwaardelijke regeling en reorganisaties zijn aan de orde van de dag. Er zijn echter ook andere ontwikkelingen op medezeggenschapsrechtelijk gebied, waarvan we er hierna drie met jullie delen.

Geen uitstel verkiezingen door Corona

Recent is door de rechter geoordeeld dat de coronacrisis geen uitstel van de verkiezingen voor een nieuwe ondernemingsraad rechtvaardigt. Termijnen voor verkiezingen moeten in beginsel gehandhaafd te worden, tenzij dit echt niet mogelijk is.

Voorstel aanpassing WOR

Minister Koolmees heeft aangekondigd dat hij van plan is om de wettelijke termijnen voor actief en passief kiesrecht te verkorten van 6 respectievelijk 12 maanden naar 3 maanden, om zo de drempel om zitting te nemen in de ondernemingsraad te verlagen. Ook meldt de minister dat onderzocht zal worden of ook de termijnen voor het stemrecht van de uitzendkrachten kunnen worden verkort.

Daarnaast zal worden geregeld dat vaste commissies niet in meerderheid uit OR-leden hoeven te bestaan. Hierbij plaatst hij wel de kanttekening dat indien een vaste commissie voor een minderheid uit OR-leden bestaat, het advies- en instemmingsrecht bij de ondernemingsraad blijft liggen.

De minister denkt verder aan het inzetten van een ‘OR-ambassadeur’ op sectoraal niveau, zodat werkgevers zonder ondernemingsraad kunnen worden geïnformeerd over het nut en de meerwaarde van een ondernemingsraad.

Tot slot zal worden bekeken of het mogelijk is om zaken ook digitaal te regelen en te organiseren waar op dit moment een schriftelijkheidsvereiste of fysieke aanwezigheid is opgenomen.

Formulering is key

Dat het formuleren van een advies of een reactie op een instemmingsaanvraag door de ondernemingsraad nauw luistert blijkt (weer) uit een recente uitspraak.

Een ondernemingsraad stemde gedeeltelijk in met het besluit voor de toetreding tot een ander pensioenfonds. Op enkele onderdelen van het voorgelegde besluit gaf de ondernemingsraad echter geen instemming. Omdat deze onderdelen volgens de rechter echter niet los konden worden gezien van het besluit om tot het pensioenfonds toe te treden en/of deze onderdelen los daarvan niet instemmingsplichtig waren, mocht de werkgever deze deelbesluiten toch uitvoeren.

Deze uitspraak maakt duidelijk dat de formulering nauw luistert; de ondernemingsraad had beter kunnen instemmen onder voorwaarden in plaats van voor een deel wel en voor een ander deel geen instemming te verlenen. Meer in het algemeen is de formulering van het advies of de reactie op de instemming cruciaal omdat dit als uitgangspunt wordt genomen in een eventuele procedure. Een ondernemingsraad mag dan niet andere/nieuwe bezwaren aanvoeren of alsnog tot een andere formulering overgaan. Hetzelfde geldt voor het uiteindelijke besluit van de bestuurder; motiveer goed waarom een advies van de ondernemingsraad niet wordt overgenomen en ga in op de door de ondernemingsraad aangedragen alternatieven.

Barbara Spliet

Partner/advocaat